Symboliek doorgronden

Deel 2 van een serie van 7 blogberichten in de kerstweek van 2021.

“Had ik maar naar mijn vrouw geluisterd”, vertelde een oude man mij enkele weken voor zijn overlijden. Zijn vrouw had aangegeven veel buikpijn te hebben, maar hij zei haar dat het wel los zou lopen. Toen ze uiteindelijk een dokter bezocht bleek de kanker groots en uitgezaaid. Binnen een week was ze dood. Kort na haar overlijden kreeg de man zelf kanker. Aan zijn oor. Hij kon het zichzelf niet vergeven dat hij niet had geluisterd.

Ons lichaam vertelt ons vaak veel meer dan wij opmerken. We zijn het verleerd om de subtiele en minder subtiele fysieke uitingen van onze zieleroerselen te herkennen. “Je gaat het pas zien als je het door hebt”, zei Cruijff al. Mijn gevoeligheid voor het doorzien van deze en andere verbanden nam toe toen ik mijn leven omgooide en o.a. de opleidingen Jungiaanse Symbolische Psychologie, Zingeving en Spiritualiteit en Medische Basiskennis volgde. De symboliek van dromen, de beeldtaal van de Bijbel, ziektesymboliek, betekenisvol toeval en de levenslessen in sprookjes trokken mijn aandacht. Waarom kreeg ik pas op dat moment oog voor deze verbanden? Wat bindt hen en wat brachten ze mij?

Zingeving en ons gevoel voor mysterie

Als hardcore evidence-based rationalist vond ik religie achterhaald, spiritualiteit zweverig en symboliek tijdverspilling. Ondanks mijn drukke sociale agenda voelde ik me regelmatig eenzaam en leeg van binnen. Totdat ik bijna dood bloedde en mijn leven omgooide. Ik kickte af van mijn werkverslaving, ging gezonder leven en ontdekte wat ik echt leuk vond om te doen. Precies deze veranderingen veroorzaakten volgens de Nederlandse arts dr. H.C. Moolenburgh en de Engelse psychiater dr. M. Nicoll dat ik oog kreeg voor de diepere lagen van het leven. In zijn boek Is toeval echt toevallig? schrijft Moolenburgh dat het opmerken van betekenisvol toeval of synchroniciteit niet voor iedereen is weggelegd: “Op de een of andere manier mist de echte doorgewinterde materialist het vermogen om het mysterie te proeven en verschijnselen te herkennen die, alhoewel ze zich in deze zichtbare wereld afspelen, toch niet tot deze wereld behoren, maar waarschijnlijk tot een hogere dimensie. Het is die hogere wereld of het zijn die hogere werelden die het leven hier met zin vervullen.”

De theoloog dr. Tjeu van den Berk noemt gevoel hebben voor mysterie ‘symbolisch bewustzijn’. Hij constateert in zijn boek Mystagogie dat dit bewustzijn bij velen in onze tijd onwerkzaam is geworden. Volgens Moolenburgh komt dat onder meer omdat het woord ‘mysterie’ op onze universiteiten bijna een vloek is geworden. Het ontbreken van onze verbinding met het mysterieuze ziet Moolenburgh -net als Albert Einstein– als de oorzaak voor het feit dat zoveel mensen tegenwoordig lijden aan een gevoel van zinloosheid. Veel mensen proberen dit gevoel -dat hij een ‘bijna alomtegenwoordige mentale ziekte’ noemt- te verdoven door drank, drugs, seks, harde muziek, games en werkverslaving. Daardoor krimpt het bewustzijn volgens Moolenburgh nog verder ineen, tot een bijna volslagen geestelijke leegte. Maar er is hoop. Het symbolisch bewustzijn kan volgens Nicoll, Moolenburgh en Van den Berk weer worden geactiveerd. Precies dat maakte ik mee na mijn life-switch. Hoe dat in zijn werk ging lees je hieronder.

De levenslessen van sprookjes

Als kind was ik groot fan van sprookjes. Nu begrijp ik veel beter wat ik er toen zo leuk aan vond: de diepere lagen ervan! De Amerikaanse hoogleraar Joseph Campbell ontdekte een universele persoonlijke ontwikkelingsweg in sprookjes. Een pad dat elk mens zou kunnen gaan. Campbell onderscheidt op dit pad drie hoofdfasen: 1. scheiding of vertrek 2. beproevingen en inwijdingen en 3. de terugkeer in de maatschappij. Niet iedereen doorloopt alle fasen met bijbehorende subfasen.

We zijn bovendien alleen in staat om deze fasen in ons eigen leven te signaleren als we ons bewust worden van het bestaan van zo’n pad en als we erkennen dat levenslessen bestaan. Degenen die alle fasen hebben doorlopen hebben gemeen dat zij kennis hebben van ‘twee werelden’, die van het hoofd en die van het hart. Zij vinden een middenweg tussen het harde, zakelijke, rationele en het ongrijpbare zweverige dat vervreemdt van de wereld. Zo’n integratie van hoofd en hart kan lang duren. Het leren doorgronden van de symbooltaal van onze lichamelijke klachten kan daarbij heel behulpzaam zijn, omdat er levenslessen in besloten liggen.

De relatie tussen lichaam en geest in de beeldtaal van de Bijbel

Het pad van bewustwording dat verscholen ligt in sprookjes vinden we terug in de beeldtaal van de Bijbel. In het Oosten was dit ontwaken van oudsher meer op lichamelijke energie gericht. In de Torah en in de Bijbel staan ook vele verwijzingen naar de werking van deze energie als een geestelijk proces. In het Oosten wordt gesproken van kundalini energie, voorgesteld door kronkelende slangen, de energiebanen langs de ruggengraat. Zij stellen de energie voor die uit het bekken (zetel van de vrouwelijke kracht), langs zeven energievelden in ons lichaam, de chakra’s, naar de kruin gaat, het centrum van de mannelijke energie, waar eenheid, heelheid, eenwording ontstaat. De mannelijke energie is niet compleet zonder de vrouwelijke energie en andersom.

Gelijkenissen en verborgen wijsheid

Dit proces zien we onder meer terug in de gelijkenis van het mosterdzaadje. Het zaadje verandert in een boom ‘zodat de vogels in de lucht een nest komen maken in zijn takken’ (Matt. 13:31-32). Het kleine zaadje verbeeldt de slapende kundalini energie. De boom symboliseert de Boom des Levens, het voltooide kundalini proces. De vogels staan symbool voor het geestelijke, onze gedachten. Ze nestelen. Ze komen tot rust. Op meer manieren wordt dit proces verwoord. Bij Maria Magdalena worden zeven demonen uitgedreven. Dit verwijst naar de zeven chakra’s, die gezuiverd worden. Maria Magdalena is dus geen boetwaardige zondares, maar is naast Jezus de enige in de Bijbel waarvan expliciet omschreven is dat ze alle stadia tot verlichting heeft doorlopen.

In het boek Openbaring (5-8) wordt een boekrol met zeven zegels één voor één geopend. De boekrol is een metafoor voor de wervelkolom met zeven chakra’s die worden geactiveerd tijdens een spiritueel ontwakingsproces. Net als bij de nestelende vogels zien we een climax bij het zevende zegel, de laatste stap. Op dat moment wordt de tempel van God in de hemel geopend en ‘de ark van zijn verbond zichtbaar in zijn tempel’ (Openbaring 11:19). In de volgende verzen van dit Bijbelboek zien we een ander beeld voor de verlichte mens. Er verscheen een groot teken in de hemel. Een vrouw, bekleed met de zon, de maan onder haar voeten en op haar hoofd een kroon van twaalf sterren. De (mannelijke) zon staat voor het omhuld en vervuld zijn met licht en liefde. De (vrouwelijke) maan onder de voeten betekent het overwinnen van het duale. Het mannelijke en vrouwelijke, aardse en hemelse zijn samengebracht, bestaan in eenheid met elkaar. De kroon staat symbool voor het geopende kruinchakra, met het getal twaalf als teken van spirituele volheid.

Je gaat het pas zien als je het door hebt 

Zo zie je maar dat er diepere lagen aanwezig zijn in zowel wat luchtig kinderlijk vermaak lijkt als in ogenschijnlijk onduidbare teksten. Wat ik nodig had was een open geest om mijn persoonlijke overtuigingen bij te stellen en de vrijheid om voorbij gebruikelijke kaders te denken. Dit bracht me vele nieuwe inzichten op het gebied van lichaam en geest en handvatten voor het begeleiden van mensen met zingevingsvragen. Je gaat het pas zien als je het door hebt.

Wil je meer lezen over ziektesymboliek, kijk dan eens in het boek Ziekte als symbool, van Ruediger Dahlke. Prachtige metafysische duidingen van de Bijbel zijn te vinden in het boek Metaphysical Bible Dictionary van Charles Fillmore. Het boek De held met de duizend gezichten van Joseph Campbell is een meesterwerk over de symboliek in sprookjes en mythen.